De Auteur

Ik werd geboren te Zwijndrecht op 15 april 1940, twee weken voor dat de Tweede Wereldoorlog uitbrak. Ik herinner me dus weinig van die tijd. Toch is het gedreun van kanonnen en bommen in mij blijven nazinderen, zodat ik nog steeds het hoofd schud over de waanzin van de oorlog.

In mijn jonge jaren hanteerde ik al de pen. Voor het blad van mijn jeugdbeweging schreef ik verhaaltjes, voor mijzelf gedichten.

Als leraar Nederlands en geschiedenis in Antwerpen begon ik aan historische jeugdromans. Mijn eerste inspiratiebron, de Grieks-Romeinse tijd, kwam rechtstreeks voort uit mijn lessen en reizen. Gaandeweg werd ik ook geboeid door wat dichterbij en minder lang geleden gebeurde. In deze verhalen wordt het decor vaak gevormd door de Schelde, de polders, de duinen en de zee.

Het voorbereiden van een boek vind ik prettig, ook al vergt het inspanning. Het schrijven zelf is nog steeds een bedwelming: je vertoeft dan in een andere wereld.

Ik verken ook graag de plaats waar het verhaal zich afspeelt of dat nu Italië is of het eigen land. Hoe ongeveer mijn inspiratie werkt, kan ik als volgt uitleggen: 

“… Ik heb twee brillen:  een voor de werkelijkheid en een voor de fantasie. Als ik die tweede opzet, dan verandert de wereld… Zo was ik op reis met mijn echtgenote.  Onze auto gleed voorbij bomen en cipressen. Aan de horizon doemde een tempelruïne op. Het werd drukker nu op de weg. Even later kropen we mee in de file. Ik zette mijn zonnebril op. Een offerstoet hield halt aan de tempel: mannen en vrouwen in lange, sierlijke gewaden. Een priester aan het offeraltaar hief zijn armen naar de hemel. Op dat moment rukte mijn vrouw de bril van mijn neus. Nijdig claxonnerende auto’s schoten ons voorbij. ‘Zou je niet doorrijden?’ vroeg ze. Ik had even de verkeerde bril opgezet…”